Datum: 17 mei 2022
Gewijzigd 14 november 2023
Leestijd: +/- 2 minuten
Het “Klimaatpact van Glasgow” van november 2021 onderschrijft nog maar eens dat klimaatverandering hoog op de politieke agenda staat. Omdat uit onderzoek blijkt dat de bouwsector een van de grootste afvalstromen met zich brengt is er dan ook veel ‘milieuwinst’ te behalen in de bouw. We zien steeds meer initiatieven om de milieu impact te reduceren zowel tijdens de ontwerpfase, in de bouwfase als in de gebruikersfase. Een goed voorbeeld hiervan zijn terugnamegaranties die door meerdere leveranciers van bouwmaterialen worden aangeboden. In deze blog legt legt Marloes Beeren uit waar je als leverancier op moet letten bij het aanbieden van een terugnamegarantie.
In het kort komt het erop neer dat de leverancier en een koper bij de verkoop van bouwmaterialen afspreken dat de koper de bouwmaterialen in toekomst kan teruggeven aan de leverancier. De leverancier kan deze materialen vervolgens opnieuw gebruiken voor andere toepassingen, ontmantelen voor de grondstoffen of reviseren en opnieuw in de markt brengen. Op deze wijze zullen er op termijn minder bouwmaterialen worden geproduceerd of via milieubelastende afvalstromen moeten worden afgevoerd. Dit betekent natuurlijk minder milieu impact, maar zal ook bijdragen aan een goedkoper productieproces voor de leverancier.
Er zijn verschillende manieren om een terugnamegarantie in te richten.
Indien de leverancier zelf eigenaar wil blijven van de bouwmaterialen, kan bijvoorbeeld een leasecontract worden afgesloten. In dat geval staat de te leveren prestatie van de bouwmaterialen centraal en niet de eigendomscoverdracht. In de praktijk wordt dit ‘product-as-a-service dienstverlening’ (ook wel bekend als PaaS) genoemd. Het nadeel van deze contractvorm bij bouwmaterialen is dat bouwmaterialen na montage vaak snel één geheel vormen met het gebouw waarin ze worden toegepast. Via bestanddeelvorming wordt dan de eigenaar van het betreffende gebouw automatisch eigenaar van de aangebrachte bouwmaterialen. In deze blog wordt uitgelegd dat dit in sommige gevallen kan worden voorkomen door het vestigen van opstalrechten, maar die weg zal voor bouwmaterialen vaak te kostbaar en administratief complex zijn.
In de praktijk zien we daarom dat voor terugnamegaranties toch vaak wordt gekozen voor eigendomsoverdracht. In dat geval levert de leverancier de bouwmaterialen aan een koper en de koper monteert de bouwmaterialen vervolgens in het gebouw. De eigenaar van het gebouw wordt dan eigenaar van de bouwmaterialen. In de koopovereenkomst dienen partijen afspraken te maken over het op termijn terugnemen van de bouwmaterialen. Dit betekent dat de eigendom in de toekomst weer terug komt bij de oorspronkelijke leverancier.
Voordat de (juridische) afspraken vastgelegd kunnen worden is het belangrijk om eerst na te denken over een aantal praktische zaken die voor ieder bouwmateriaal en iedere leverancier anders kunnen zijn. Een en ander is natuurlijk ook afhankelijk van de door de leverancier na terugname beoogde toepassing voor de bouwmaterialen.
♻️Zo zul je als leverancier moeten nadenken over de looptijd van de terugnamegarantie. De meeste materialen hebben uiteindelijk een maximale levensduur en om die reden zal een leverancier niet oneindig materialen kunnen terugnemen. Er zal een termijn aan de bereidheid verbonden zijn die gelinkt is aan het aantal jaren waarop de bouwmaterialen nog herbruikbaar of recyclebaar zijn.
♻️Daarnaast is het goed om vooraf afspraken te maken of en zo ja voor welke prijs de leverancier de materialen terugneemt. Aangeknoopt kan bijvoorbeeld worden bij een percentage van de verkoopprijs, de marktwaarde op het moment van terugname of een vooraf afgesproken prijs (statiegeld model).
♻️Bij een terugnamegarantie dient ook helder vastgelegd te worden in welke staat de bouwmaterialen moeten zijn bij terugname. Afhankelijk van de gewenste toekomstige toepassing kan het bijvoorbeeld van belang zijn dat bouwmaterialen bij terugname goed onderhouden zijn of dat de bouwmaterialen netjes gedemonteerd en zonder beschadigingen teruggenomen kunnen worden. Het is raadzaam om hierover afspraken te maken in het koopcontract. Zo kan de leverancier bijvoorbeeld voorschrijven hoe en met welke frequentie er onderhouden moet worden en/of dat de koper moet aantonen dat dit onderhoud ook daadwerkelijk verricht is.
♻️Tenslotte is het ook raadzaam om na te denken of de garantie is gekoppeld aan de contractspartij of het gebouw waarin de materialen zijn toegepast. Als de terugnamegarantie alleen geldt tussen de leverancier en de oorspronkelijke koper, dan kan bij verkoop van het gebouw de nieuwe eigenaar niet zonder meer een beroep doen op de terugnamegarantie Dit kan een ongewenst toekomstig effect zijn en het is verstandig om hier vooraf over na te denken.
In de bouw schieten de circulaire initiatieven als paddenstoelen uit de grond. Een mooi voorbeeld is de terugnamegarantie die veel leveranciers van bouwmaterialen al aanbieden. Maar om in de praktijk ook het gewenste resultaat te bereiken, dient de leverancier vooraf na te denken over de praktische en juridische uitwerking van de terugnamegarantie. Op die manier is de leverancier ervan verzekerd dat zij in de toekomst ook daadwerkelijk de geleverde bouwmaterialen kan en wil terugnemen en dat hieraan deugdelijke afspraken ten grondslag liggen.
Hoewel de toekomst zal moeten leren of er veel gebruik zal worden gemaakt van deze garanties is het een stap in de goede richting om bij te dragen aan de ambitieuze maar noodzakelijke klimaatdoelstellingen waaraan Nederland zich verbonden heeft. Heeft u nog vragen over de terugnamegarantie na het lezen van dit artikel? Marloes Beeren geeft u graag advies.
Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Neem gerust contact met ons op en laat u persoonlijk informeren over onze diensten.