Datum: 06 april 2017
Gewijzigd 14 november 2023
Geschreven door: Ruud Olde
Leestijd: +/- 2 minuten
Op 22 maart 2017 heeft de Centrale Raad van Beroep een uitspraak gewezen over een ten onrechte opgelegde loonsanctie omdat een grote werkgever niet aan haar re-integratieverplichting zou hebben voldaan. Tussen het UWV en de werkgever bestond onder andere discussie over de vraag of van de werkgever als grote onderneming meer mocht worden gevergd ten aanzien van de re-integratie dan van een kleine werkgever.
Het UWV vond dat de ondernemer van alle 23 vestigingen overzichten van alle voorkomende functies had moeten maken, zodat kon worden onderzocht of herplaatsingsmogelijkheden aanwezig waren. Het UWV vond het niet voldoende dat de werkgever wel naar alle functies had gekeken, maar enkel van de functies die een of twee niveaus hoger of lager waren ingeschaald dan de oorspronkelijke functie van de werknemer expliciet in een rapport had laten opnemen door de arbeidsdeskundige waarom die functies niet passend waren. De Centrale Raad van Beroep oordeelde hierover het volgende: "Dat sprake is van een groot logistiek bedrijf met 23 vestigingen betekent niet automatisch dat het aantal functies dat in aanmerking komt om werknemer te re-integreren heel groot is." Ter zitting liet de Raad ook weten dat het overleggen van honderden pagina’s aan functies en taakfunctieomschrijvingen niet redelijk werd gevonden. Het rapport dat was opgesteld werd voldoende gevonden.
Ook een ander aspect uit de uitspraak is van belang. Het UWV legde een loonsanctie op, omdat het UWV vond dat de re-integratieinspanningen onvoldoende waren geweest. De werkgever was het hier niet mee eens en legde onder meer een aanvullend deskundigenrapport van een externe adviseur over om haar standpunt nader te onderbouwen dat geen passend werk aanwezig was. Het UWV wilde dat rapport niet meewegen bij de beoordeling van het bezwaar en beroep, omdat het rapport na het opleggen van de loonsanctie was opgesteld. Hoewel het betreffende rapport was gemaakt na de loonsanctie en daarbij ook informatie van na die periode was betrokken, mocht het volgens de Centrale Raad van Beroep toch worden meegenomen bij de beoordeling van de re-integratieactiviteiten van werkgever.
Samenvattend kan het interessant zijn om een externe deskundige over de re-integratie-inspanningen te laten oordelen als het UWV onterecht een loonsanctie heeft opgelegd. Het UWV moet rekening met dat rapport houden.
Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Neem gerust contact met ons op en laat u persoonlijk informeren over onze diensten.