Raad van State: ook concurrenten mogen klagen over misbruik bevoegdheid

Het lijkt voor concurrenten soms steeds lastiger te worden om met succes een aan een concurrent verleende vergunning aan te vechten. Bestuursrechters moeten zich sinds enkele jaren in dergelijke procedures namelijk altijd de vraag stellen of een norm, waarvan door een concurrent wordt gesteld dat die is geschonden, ook geschreven is om de belangen van een concurrent te beschermen. Dit betreft het zogenoemde relativiteitsvereiste dat sinds enkele jaren in het bestuursrecht geldt.

Datum:  14 juni 2017

Gewijzigd  14 november 2023

Leestijd:  +/- 2 minuten

Het lijkt voor concurrenten soms steeds lastiger te worden om met succes een aan een concurrent verleende vergunning aan te vechten. Bestuursrechters moeten zich sinds enkele jaren in dergelijke procedures namelijk altijd de vraag stellen of een norm, waarvan door een concurrent wordt gesteld dat die is geschonden, ook geschreven is om de belangen van een concurrent te beschermen. Dit betreft het zogenoemde relativiteitsvereiste dat sinds enkele jaren in het bestuursrecht geldt.

In een recente uitspraak van 24 mei 2017 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State bevestigd dat een (belanghebbende) concurrent de wettelijke grondslag waarop een vergunning wordt verleend in ieder geval wel ter discussie kan stellen. Die regels zijn namelijk ook in het belang van een concurrent gesteld.

Ongegrond verklaard

De uitspraak van 24 mei 2017 ging over een verleende omgevingsvergunning voor de realisatie van een nieuw tankstation in de buurt van de A4. Een concurrerend tankstation voerde bij de Afdeling – kort gezegd – aan dat de verkeerde vergunningprocedure om van het bestemmingsplan af te wijken was gevolgd.

De rechtbank oordeelde eerder in de beroepsprocedure dat het belang van een goede ruimtelijke ordening niet mede concurrentiebelangen bestrijkt. Daarom kon de concurrent volgens de rechtbank zich in beroep niet met succes beroepen op onder meer de regels over de bevoegdheid om van het bestemmingsplan af te wijken. Om deze reden werd het beroep van de concurrent ongegrond verklaard.

Concurrenten hebben ook recht op een goed ondernemersklimaat

De Afdeling zet in de hoger beroepsprocedure een streep door die redenering van de rechtbank en verwijst daarbij naar een eerder gedane uitspraak. De regels die zien op het kunnen afwijken van een bestemmingsplan zijn volgens de Afdeling gesteld ter bescherming van het belang van een goede ruimtelijke ordening. Het behouden en herstellen van een uit ruimtelijk oogpunt goed ondernemersklimaat maakt daar onderdeel van uit.

Vestiging van het nieuwe tankstation bij het concurrerende tankstation kan leiden tot een vermindering van het aantal klanten en daardoor tot een daling van haar omzet en inkomsten. Daarom is niet op voorhand uit te sluiten dat het ondernemersklimaat van de concurrent in het geding komt, aldus de Afdeling.

In die situaties oordeelt de bestuursrechter dat het relativiteitsvereiste niet aan de concurrent kan worden tegengeworpen. Een (belanghebbende) concurrent kan dus altijd de grondslag waarop een vergunning wordt verleend aan de orde stellen.

Quickscan bestemmingsplan

Wilt u zelf duidelijkheid of uw bouwplan past binnen het bestemmingsplan? Voor een vaste prijs onderzoeken onze specialisten de mogelijkheden. Klik hier voor meer informatie over onze Quickscan bestemmingsplan.


Blijf scherp

Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Neem gerust contact met ons op en laat u persoonlijk informeren over onze diensten.