Datum: 14 april 2017
Gewijzigd 14 november 2023
Leestijd: +/- 2 minuten
Vandaag heeft de Hoge Raad een belangrijk arrest gewezen in het kader van een verzoek tot omzetting van een faillissement in een wettelijke schuldsaneringsregeling. Zo’n verzoek kan worden gedaan op de voet van art. 15b van de Faillissementswet (Fw). Bij een dergelijk omzettingsverzoek dienen bijlagen te worden gevoegd zoals opgenomen in artikel 285 Fw. De in lid 1 onder f geformuleerde verklaring leverde bij de beoordeling of het omzettingsverzoek aan de formele vereisten voldeed problemen op. Vaak was die verklaring er namelijk niet en moest het verzoek worden afgewezen.
In zijn arrest van 13 maart 2015 (ECLI:NL:HR:2015:589, NJ 2015/157) formuleerde de Hoge Raad daarom de eis dat bij een omzettingsverzoek een schriftelijke verklaring van de curator gevoegd dient te worden waaruit blijkt dat de curator heeft onderzocht of de gefailleerde aan zijn gezamenlijke schuldeisers een akkoord in de zin van art. 138 Fw kan aanbieden en dat er geen reële mogelijkheden zijn om tot een buitengerechtelijke schuldregeling te komen.
Ik heb me altijd afgevraagd hoe nu tijdens faillissement nog een buitengerechtelijke schuldregeling tot stand zou kunnen komen. Gelukkig komt de Hoge Raad daar nu van terug (ro. 3.3.3) en noemt daarbij de eerder geformuleerde eis een ‘misverstand’. Voldoende is dat de curator, zo overweegt de Hoge Raad in dezelfde rechtsoverweging, verklaart te hebben onderzocht of de gefailleerde aan zijn gezamenlijke schuldeisers een akkoord in de zin van art. 138 Fw kan aanbieden.
Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Neem gerust contact met ons op en laat u persoonlijk informeren over onze diensten.