Datum: 06 september 2017
Gewijzigd 14 november 2023
Geschreven door: David Nas
Leestijd: +/- 2 minuten
In een uitspraak (ECLI:NL:RvS:2017:2389) van 6 september 2017 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (verder: de Afdeling) geoordeeld dat aan het Utrechts Conservatorium verregaande maatregelen moeten worden opgelegd om geluidsoverlast voor omwonenden te voorkomen.
Het Utrechts conservatorium bevindt zich in hartje centrum van Utrecht en het oefenen van de studenten veroorzaakt daar voor omwonenden geluidsoverlast. Het gebouw aan de Mariaplaats 27-28 is niet overal even goed geïsoleerd en studenten oefenen regelmatig met de ramen van de lokalen open. Kennelijk is de kwaliteit van de muziek niet zodanig dat omwonenden er wel een oogje (of oortje) voor dichtknijpen. Een verzoek om handhavend optreden werd aanvankelijk afgewezen, maar de rechtbank oordeelde dat het geluidsonderzoek dat aan de afwijzing ten grondslag lag ondeugdelijk was.
Burgemeester en wethouders hebben vervolgens opnieuw onderzoek laten doen. Op grond van dit nieuwe geluidsonderzoek is alsnog een maatregel opgelegd. Uit het onderzoek volgde dat wanneer een bepaald muzieklokaal goed zou worden geïsoleerd en wanneer de ramen gesloten zouden blijven, aan de geluidsnormen zou worden voldaan. Burgemeester en wethouders bepaalden dat het lokaal diende te worden geïsoleerd (maatwerkvoorschrift) en legden ook een last onder dwangsom op. Daarnaast bepaalden burgemeester en wethouders dat bij het voortbrengen van muziek de ramen gesloten dienden te zijn (maatwerkvoorschrift), maar zij legden daarvoor geen last onder dwangsom op.
Omwonenden vonden dat die last onder dwangsom niet mocht ontbreken. Ze vonden ook dat veel concreter diende te worden voorgeschreven hoe dan ramen gesloten moesten blijven.
De Afdeling herhaalt nog eens de beginselplicht tot handhaven. Als er een overtreding is, dan moet daar ook tegen worden opgetreden. Het enkel opleggen van de verplichting om de ramen bij het maken van muziek gesloten te houden is dan onvoldoende. Daar hoort ook een dwangmiddel bij. Vast staat immers dat wanneer muziek wordt voortgebracht met open ramen de geluidsnormen worden overschreden. Omdat vaststaat dat een overtreding bestaat kunnen alleen bijzondere omstandigheden voorkomen dat handhavend moet worden opgetreden. Die bijzondere omstandigheden zijn er niet.
Hoe aan het nieuwe voorschrift (het gesloten houden van ramen tijdens het voortbrengen van muziek) wordt voldaan is aan het conservatorium. Burgemeester en wethouders behoefden niet voor te schrijven dat de ramen van sloten en een alarm zouden moeten worden voorzien. Een handhavingsmaatregel moet helder het doel omschrijven (voldoen aan de normen, in dit geval door alleen muziek voort te brengen als de ramen gesloten zijn), maar hoeft niet zo ver te gaan dat de manier waarop dat doel moet worden bereikt exact vastligt.
Het is al een forse stap dat wordt voorgeschreven dat de ramen moeten worden gesloten bij het ten gehore brengen van muziek om aan de geluidnormen te voldoen, maar kennelijk was dit de enige manier om aan de geluidsvoorschriften te voldoen. Verdergaand voorschrijven hoe de ramen gesloten moeten worden gehouden is niet aan de orde, dat is aan het conservatorium zelf.
Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Neem gerust contact met ons op en laat u persoonlijk informeren over onze diensten.