Datum: 06 april 2020
Gewijzigd 14 november 2023
Geschreven door: Valerie Lipman
Leestijd: +/- 2 minuten
De Coronacrisis heeft voor veel ondernemers grote gevolgen. Dit leidt onder andere tot verschillende vragen op het gebied van (de nakoming van) overeenkomsten. Hieronder geef ik antwoord op een aantal veel gestelde vragen over dit onderwerp. Wilt u meer weten? In deze infographic bieden we u inzicht in de aandachtspunten om uw positie te bepalen.
De huidige situatie als gevolg van het Coronavirus maakt dat veel bedrijven kosten proberen te besparen. Dit kan bijvoorbeeld reden zijn dat een geplaatste bestelling wordt geannuleerd. De hoofdregel is echter dat gemaakte afspraken moeten worden nagekomen. Een geplaatste bestelling kan dus niet zomaar worden geannuleerd. Wel kan het zo zijn dat in de tussen partijen gesloten overeenkomst of toepasselijke algemene voorwaarden een bepaling is opgenomen, op grond waarvan een bestelling geannuleerd kan worden. Denk aan een annulerings- of wijzigingsbeding.
Als de overeenkomst geen ruimte biedt voor annulering van een bestelling, kan mogelijk alsnog worden geannuleerd met een beroep op onvoorziene omstandigheden (artikel 6:258 BW). Op grond van dit artikel kan een contractspartij bij de rechter vorderen dat de overeenkomst wordt gewijzigd of geheel of gedeeltelijk wordt ontbonden, als sprake is van onvoorziene omstandigheden. Het moet gaan om een omstandigheid waarmee partijen geen rekening hebben gehouden in de overeenkomst. Vanzelfsprekend hebben de meeste bedrijven geen rekening gehouden met de uitzonderlijke situatie die nu is ontstaan als gevolg van het Coronavirus. Voor een geslaagd beroep op wijziging of ontbinding van de overeenkomst moeten de onvoorziene omstandigheden tot gevolg hebben dat de wederpartij ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten. Of de huidige Coronacrisis een dergelijke onvoorziene omstandigheid oplevert, zal per situatie moeten worden beoordeeld. Is dat het geval, is aan te raden dat partijen zelf in overleg treden over een mogelijke aanpassing van de overeenkomst, waarbij de risico’s van de Coronacrisis tussen partijen worden verdeeld. Uit de overeenkomst kan overigens een bepaalde risicoverdeling voortvloeien, dus het is goed ook hier de overeenkomst op na te slaan. Daarnaast kan rekening worden gehouden met de door de overheid genomen compensatiemaatregelen.
Een overeenkomst die voor onbepaalde tijd is aangegaan (duurovereenkomst), kan in beginsel worden opgezegd. Wel zal moeten worden bekeken of in de overeenkomst een bepaling over opzegging is opgenomen. Vaak zal een bepaalde opzegtermijn in acht moeten worden genomen, bijvoorbeeld een periode van een aantal maanden. Als een overeenkomst voor bepaalde tijd is aangegaan, bijvoorbeeld voor de duur van één jaar, is tussentijdse opzegging in beginsel niet mogelijk, tenzij anders is overeengekomen.
Als een contractspartij een overeenkomst per direct wil beëindigen in verband met de Coronacrisis, moet worden bekeken of hiervoor een andere grondslag bestaat. Het kan zo zijn dat de overeenkomst of algemene voorwaarden hiervoor een regeling bevatten. Ook de wet biedt echter mogelijkheden. Een overeenkomst kan bijvoorbeeld worden ontbonden, indien er sprake is van een tekortkoming van de andere partij. Stel uw contractspartij voldoet niet aan zijn betalings- of leveringsverplichting. In dat geval kunt u de overeenkomst mogelijk (gedeeltelijk) ontbinden. Van belang is in dat geval wel dat wordt beoordeeld of nakoming tijdelijk of blijvend onmogelijk is. Als nakoming nog wel mogelijk is, moet u uw contractspartij eerst schriftelijk in de gelegenheid stellen de zijn verplichtingen binnen een redelijke termijn alsnog na te komen. Pas wanneer uw contractspartij ook dan niet nakomt, kunt u de overeenkomst ontbinden. Let wel: de vraag is of de Coronacrisis rechtvaardigt dat de overeenkomst direct geheel wordt ontbonden. In sommige gevallen kan wellicht worden volstaan met een gedeeltelijke ontbinding.
In de huidige situatie kan mogelijk ook een beroep worden gedaan op onvoorziene omstandigheden (6:258 BW). Op grond van dit artikel kan een contractspartij bij de rechter vorderen dat de overeenkomst wordt gewijzigd of geheel of gedeeltelijk wordt ontbonden, als sprake is van onvoorziene omstandigheden. Het moet gaan om een omstandigheid waarmee partijen geen rekening hebben gehouden in de overeenkomst. Vanzelfsprekend hebben de meeste bedrijven geen rekening gehouden met de uitzonderlijke situatie die nu is ontstaan als gevolg van het Coronavirus. Voor een geslaagd beroep op wijziging of ontbinding van de overeenkomst moeten de onvoorziene omstandigheden tot gevolg hebben dat de wederpartij ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten. Of de huidige Coronacrisis een dergelijke onvoorziene omstandigheid is, zal per situatie moeten worden beoordeeld. Het volledig eindigen van de overeenkomst zal niet snel te rechtvaardigen zijn, nu de Coronacrisis hopelijk binnen afzienbare tijd weer voorbij zal gaan. Het is derhalve aan te raden dat partijen zelf in overleg treden over een mogelijke aanpassing van de overeenkomst, waarbij de risico’s van de Coronacrisis tussen partijen worden verdeeld. Uit de overeenkomst kan overigens een bepaalde risicoverdeling voortvloeien, dus het is goed ook hier de overeenkomst op na te slaan. Daarnaast kan rekening worden gehouden met de door de overheid genomen compensatiemaatregelen.
De hoofdregel is dat gemaakte afspraken moeten worden nagekomen. Indien u niet kunt doen aan uw leveringsverplichting, schiet u tekort in de nakoming van de overeenkomst. Dit betekent dat uw contractspartij in beginsel de mogelijkheid heeft nakoming te vorderen of de overeenkomst te ontbinden. Daarnaast kan uw contractspartij mogelijk aanspraak maken op vergoeding van de schade die hij lijdt als gevolg van het feit dat niet (tijdig) geleverd wordt.
Als u als gevolg van de Coronacrisis daadwerkelijk niet in staat bent te leveren, kan uw contractspartij geen nakoming verlangen. Bovendien kunt u in dat geval mogelijk een beroep doen op overmacht (artikel 6:75 BW). Voor een geslaagd beroep op overmacht moet u aantonen dat 1) er sprake is van een verhindering in de nakoming, die 2) niet aan uw schuld te wijten is en 3) niet krachtens de wet, rechtshandeling of in het verkeer geldende opvattingen voor uw rekening komt. Kort gezegd betekent dit dat u daadwerkelijk niet in staat moet zijn te voldoen aan uw leveringsverplichting of dat dit praktisch te bezwaarlijk moet zijn en dat dit wordt veroorzaakt door een omstandigheid buiten uw macht. Of de Coronacrisis een beroep op overmacht rechtvaardigt, zal per situatie moeten worden beoordeeld aan de hand van de omstandigheden van het geval. Als bijvoorbeeld een door de overheid opgelegd verbod aan levering in de weg staat, zal een beroep op overmacht waarschijnlijk wel slagen. Als levering op zich wel mogelijk is, maar bijvoorbeeld veel duurder is geworden, zal een beroep op overmacht waarschijnlijk niet slagen. Bovendien kan in een overeenkomst zijn afgeweken van de wettelijke regeling van overmacht. Het begrip overmacht kan daarin zijn uitgebreid, zodat een beroep sneller zal slagen, of juist zijn beperkt. Indien het beroep op overmacht slaagt, kan uw contractspartij geen nakoming vorderen en ook geen schadevergoeding. Uit de overeenkomst kunnen overigens ook andere gevolgen van een geslaagd beroep op overmacht volgen, zoals een heronderhandelingsplicht of de mogelijkheid van (tijdelijke) opschorting.
Indien een beroep op overmacht niet slaagt, kan mogelijk nog een beroep worden gedaan op onvoorziene omstandigheden (6:258 BW). Op grond van dit artikel kan een contractspartij bij de rechter vorderen dat de overeenkomst wordt gewijzigd of geheel of gedeeltelijk wordt ontbonden, als sprake is van onvoorziene omstandigheden. Het moet gaan om een omstandigheid waarmee partijen geen rekening hebben gehouden in de overeenkomst. Vanzelfsprekend hebben de meeste bedrijven geen rekening gehouden met de uitzonderlijke situatie die nu is ontstaan als gevolg van het Coronavirus. Voor een geslaagd beroep op wijziging of ontbinding van de overeenkomst moeten de onvoorziene omstandigheden tot gevolg hebben dat de wederpartij ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten. Of de huidige Coronacrisis een dergelijke onvoorziene omstandigheid is, zal per situatie moeten worden beoordeeld. Het is derhalve aan te raden dat partijen zelf in overleg treden over een mogelijke aanpassing van de overeenkomst, waarbij de risico’s van de Coronacrisis tussen partijen worden verdeeld. Uit de overeenkomst kan overigens een bepaalde risicoverdeling voortvloeien, dus het is goed ook hier de overeenkomst op na te slaan. Daarnaast kan rekening worden gehouden met de door de overheid genomen compensatiemaatregelen.
Verschillende ondernemingen zijn gedurende de Coronacrisis bepaalde tijd gesloten. Dit kan tot gevolg hebben dat zij niet in staat zijn de gebruikelijke producten of diensten af te nemen. Als afname daadwerkelijk (al dan niet tijdelijk) onmogelijk is als gevolg van de Coronacrisis, kan geen nakoming van de afnameverplichting worden gevorderd. In veel gevallen zal dan een beroep op overmacht kunnen worden gedaan. Dit laat de betalingsverplichting echter in beginsel onverlet, tenzij een beroep kan worden gedaan op onvoorziene omstandigheden (artikel 6:258 BW). Op grond van dit artikel kan een contractspartij bij de rechter vorderen dat de overeenkomst wordt gewijzigd of geheel of gedeeltelijk wordt ontbonden. Het moet gaan om een omstandigheid waarmee partijen geen rekening hebben gehouden in de overeenkomst. Vanzelfsprekend hebben de meeste bedrijven geen rekening gehouden met de uitzonderlijke situatie die nu is ontstaan als gevolg van het Coronavirus. Voor een geslaagd beroep op wijziging of ontbinding van de overeenkomst moeten de onvoorziene omstandigheden tot gevolg hebben dat de wederpartij ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten. Of de huidige Coronacrisis een dergelijke onvoorziene omstandigheid is, zal per situatie moeten worden beoordeeld. Los daarvan is uiteraard de vraag of u uw contractspartij in deze tijd onverkort aan (betalings-)verplichtingen wilt houden. Het is goed te bekijken of u in onderling overleg tot een oplossing kunt komen, bijvoorbeeld door levering uit te stellen naar een later moment of afspraken te maken over (gedeeltelijke) betaling.
Voor een beroep op opschorting is kort gezegd vereist dat uw contractspartij niet aan zijn verplichtingen op grond van de overeenkomst voldoet. Stel uw contractspartij levert niet, dan kunt u uw betalingsverplichting opschorten. Let op: het kan zo zijn dat een opschortingsbevoegdheid in de overeenkomst of algemene voorden is uitgebreid of beperkt. Alvorens over te gaan tot opschorting is het dus van belang de gemaakte afspraken na te lopen. Als ten onrechte wordt opgeschort, loopt u het risico aansprakelijk te worden gehouden voor eventuele schade van uw contractspartij.
Kan uw contractspartij wel voldoen aan haar verplichtingen? Dan kunt u daaraan in beginsel ook worden gehouden, tenzij u bijvoorbeeld een beroep kunt doen op overmacht of onvoorziene omstandigheden. Wel kunt u uiteraard met uw contractspartij in gesprek gaan om te bekijken of overeenstemming kan worden bereikt over een (tijdelijke) aanpassing van de overeenkomst gedurende de Coronacrisis.
Ondanks de Coronacrisis, worden (gelukkig) in verschillende branches nog altijd nieuwe overeenkomsten gesloten. Het kan natuurlijk zo zijn dat de Coronacrisis ook voor deze nieuwe overeenkomsten toch ineens vervelende gevolgen blijkt te hebben. Als in de overeenkomst zelf niets is opgenomen over mogelijke gevolgen, moet worden teruggevallen op de wet. Denk aan een beroep op overmacht (artikel 6:75 BW) of onvoorziene omstandigheden (artikel 6:258 BW). Een beroep op overmacht of onvoorziene omstandigheden zal echter niet snel slagen, als het gaat om een overeenkomst die ten tijde van de Coronacrisis is gesloten. In dat geval hadden partijen immers al rekening kunnen houden met de situatie. Gelet hierop zal al snel worden geoordeeld dat het gaat om een omstandigheid die voor rekening en risico komt van de partij die zich erop beroept. Bij het aangaan van nieuwe overeenkomsten is het dus extra belangrijk alvast na te denken over de mogelijke gevolgen daarvan, bijvoorbeeld niet (tijdig) kunnen leveren, en daarvoor in de overeenkomst een regeling op te nemen. Deze bepaling moet specifiek zien op de situatie als gevolg van het Coronavirus en de gevolgen die dat heeft voor de overeenkomst. Denk daarnaast aan een goede overmachtsclausule in de overeenkomst of de toepasselijke algemene voorwaarden, voor het geval zich in de toekomst opnieuw een dergelijke situatie mocht voordoen.
De Coronacrisis heeft vanzelfsprekend direct gevolgen voor de cashflow van bedrijven. In deze Infographic vindt u vijf tips om te zorgen voor een zo goed mogelijke cashflow. In beginsel levert betalingsonmacht geen overmacht op in de zin van artikel 6:75 BW. Dit zou in de huidige Coronacrisis anders kunnen zijn, bijvoorbeeld omdat inkomsten volledig zijn weggevallen als gevolg van een door de overheid opgelegde sluiting. Of inderdaad een geslaagd beroep kan worden gedaan op overmacht zal moeten worden beoordeeld aan de hand van de omstandigheden van het geval.
Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Neem gerust contact met ons op en laat u persoonlijk informeren over onze diensten.