Het is aan de orde van de dag: de klant die, ondanks herhaald verzoek, de factuur niet voldoet. Wanneer de moed u echt in de schoenen zakt en u denkt dat u naar uw geld kunt fluiten, kunt u de druk opvoeren en overgaan tot het aanvragen van een faillissement voor deze wanbetaler. Mag dat eigenlijk zomaar, het gebruiken van een faillissementsaanvraag als pressiemiddel?
Datum: 29 december 2016
Gewijzigd 09 april 2024
Geschreven door: Erik Jansen
Leestijd: +/- 2 minuten
Het is aan de orde van de dag: de klant die, ondanks herhaald verzoek, de factuur niet voldoet. Wanneer de moed u echt in de schoenen zakt en u denkt dat u naar uw geld kunt fluiten, kunt u de druk opvoeren en overgaan tot het aanvragen van een faillissement voor deze wanbetaler. Mag dat eigenlijk zomaar, het gebruiken van een faillissementsaanvraag als pressiemiddel?
Volgens een recente uitspraak van het hof mag een schuldeiser het faillissement van een wanbetaler uitlokken om daarmee zijn eigen belangen te beschermen, namelijk: een zo groot mogelijk gedeelte van de rekening terugvorderen. De schuldeiser kan dus een faillissementsaanvraag als pressiemiddel gebruiken om zodoende de wanbetaler in beweging te krijgen.
Dit kan echter alleen als de schuldeiser de redelijke belangen van de schuldenaar in het oog houdt. Anders gezegd; het belang van de schuldeiser is redelijk of weegt dan dat van de schuldenaar. Anders is er sprake van misbruik van bevoegdheid. Hiervan is ook sprake als een vordering of verzoek gebaseerd is op feiten of omstandigheden waarvan de schuldeiser de onjuistheid kende of had behoren te kennen. Of wanneer het verzoek op voorhand kansloos is.
Bedrijf A nam in onderaanneming een opdracht aan van Dura Vermeer. Bedrijf G voerde vervolgens, in dienst van Bedrijf A de opdracht uit. Nadat de klus was geklaard ontstond er discussie over de eindafrekening: Bedrijf G had meerwerk verricht en wilde hier meer geld voor ontvangen. Bedrijf A was van mening dat deze kosten volledig verrekend konden worden met de uitbetaling door Dura Vermeer.
Na het niet betalen van de rekening voor meerwerk diende Bedrijf G een faillietverklaring in voor Bedrijf A, maar door de rechtbank werd dit verzoek afgewezen. Bedrijf A stelt dat Bedrijf G misbruik maakt van het procesrecht en onrechtmatig heeft gehandeld en dat zij hierdoor schade heeft geleden.
Het hof oordeelt stelt Bedrijf G in het gelijk: het staat de schuldeiser vrij om een faillissementsverzoek te doen, ook als er discussie bestaat over de vordering. Volgens het hof had Bedrijf G bij de aanvraag van het faillissement van A een redelijk belang, namelijk het zo snel mogelijk voldaan krijgen van haar vordering, om zo aan haar eigen financiële verplichtingen te kunnen voldoen. Ook was het verzoek van G niet op voorhand kansloos of gebaseerd op onjuiste informatie.
Uit de bovenstaande praktijkcase blijkt dat u de mogelijkheid heeft om een faillissementsaanvraag als pressiemiddel in te zetten om de vordering voldaan te krijgen. Wel dient u daarbij een afweging te maken tussen uw belangen enerzijds en de belangen van uw schuldenaar anderzijds.
Indien de faillissementsaanvraag op voorhand kansloos is of gebaseerd is op onjuiste feiten, handelt u door het verzoek mogelijk onrechtmatig. In dat geval kunt u aansprakelijk worden gesteld voor de door uw schuldenaar geleden schade.
Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Neem gerust contact met ons op en laat u persoonlijk informeren over onze diensten.