Datum: 21 september 2022
Gewijzigd 14 november 2023
Leestijd: +/- 2 minuten
Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden boog zich recent over de vraag of een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd stilzwijgend was voortgezet. De werkneemster had werkzaamheden verricht nadat haar laatste werkdag had plaatsgevonden. Zij meende dat de arbeidsovereenkomst daardoor stilzwijgend was voortgezet. Lonneke Nouwen en Bas Blaauwhof lichten de stilzwijgende verlenging van de arbeidsovereenkomst en de uitspraak van het hof toe in deze blog.
Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd eindigt van rechtswege, tenzij de werkgever en de werknemer in de arbeidsovereenkomst hebben vastgelegd dat de werkgever de arbeidsovereenkomst moet opzeggen. Wanneer een werkgever de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd (aangegaan voor zes maanden of langer) niet hoeft op te zeggen, is hij verplicht de arbeidsovereenkomst tijdig aan te zeggen. Dat houdt in dat de werkgever de werknemer uiterlijk een maand voor het einde van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd schriftelijk moet informeren over het wel of niet voortzetten daarvan. Indien een werkgever deze verplichting niet tijdig nakomt, is hij de werknemer een vergoeding verschuldigd, die gelijk is aan het maandloon van de werknemer.
Ondanks het voorgaande kan een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd stilzwijgend worden voortgezet. Stilzwijgende verlenging houdt in dat feitelijk niets verandert na verloop van de duur van de arbeidsovereenkomst. De werknemer voert zijn werkzaamheden in dat geval uit, zonder dat de werkgever daartegen iets onderneemt. De arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd wordt dan geacht voor dezelfde tijd, maar maximaal voor één jaar, op basis van dezelfde arbeidsvoorwaarden te zijn voortgezet.
Ter illustratie. Een werkgever en zijn werknemer zijn een arbeidsovereenkomst voor de duur van een jaar overeengekomen. De werknemer gaat als productiemedewerker werkzaamheden verrichten. Zij spreken in de arbeidsovereenkomst af dat deze na dat jaar van rechtswege eindigt. De werknemer en werkgever spreken gedurende het jaar niet over het einde van het dienstverband. Na zijn laatste werkdag komt de productiemedewerker toch in de fabriek om zijn gebruikelijke werkzaamheden te verrichten. Indien de werkgever dat toelaat, is sprake van stilzwijgende verlenging van de arbeidsovereenkomst.
De Hoge Raad oordeelde in 2007 al dat het gedrag van de werkgever van doorslaggevend belang is bij de beantwoording van de vraag of stilzwijgend een nieuwe arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd tot stand is gekomen. De Hoge Raad overwoog dat van belang is of de werknemer op grond van de gedragingen van de werkgever heeft mogen aannemen dat de arbeidsovereenkomst na afloop van de tijd waarvoor deze was aangegaan, stilzwijgend werd voortgezet.
Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden kreeg recent deze vraag voorgelegd. In deze zaak had de werkgever ruim op tijd voldaan aan zijn aanzegplicht. In de aanzegging werd zelfs expliciet vermeld wanneer de laatste werkdag van de werkneemster zou zijn. De werkneemster volgde vervolgens een loopbaanbegeleidingstraject bij de werkgever om op zoek te kunnen gaan naar een nieuwe werkomgeving.
De roostermaker van werkgever roosterde de werkneemster de twee dagen na haar laatste werkdag per ongeluk toch in. Het nieuwe rooster vermeldde overigens ook dat de werkneemster uit dienst zou zijn. De werkneemster heeft op die twee extra dagen ook gewerkt. De daaropvolgende dag stuurde zij haar werkgever een brief, waarin stond dat de arbeidsovereenkomst daardoor stilzwijgend was verlengd. De werkgever was het daar niet mee eens. Hij meende dat het de werkneemster volstrekt duidelijk was dat en wanneer de arbeidsovereenkomst zou eindigen. Dat zij als gevolg van een misverstand was ingeroosterd, deed daar volgens de werkgever niets aan af.
Het hof overweegt dat voor stilzwijgende voortzetting van de arbeidsovereenkomst tenminste is vereist dat de werkneemster uit verklaringen en/of gedragingen van de werkgever redelijkerwijs heeft mogen afleiden dat de wil van de werkgever gericht was op voortzetting van het dienstverband. Het hof sluit zich vervolgens aan bij het standpunt van de werkgever. De werkgever heeft namelijk voldaan aan zijn aanzegplicht, waarna de werkneemster het loopbaanbegeleidingstraject bij haar werkgever heeft gevolgd. Dat de werkneemster voor twee dagen heeft doorgewerkt omdat zij nog op het rooster stond, acht het hof onzorgvuldig van de werkgever. Dat leidt echter niet tot de conclusie dat de werkneemster daaruit mocht afleiden dat de werkgever de arbeidsovereenkomst wilde voortzetten. De arbeidsovereenkomst is dan ook niet stilzwijgend voortgezet.
Indien u de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van uw werknemer niet wil verlengen, moet u nagaan of u de arbeidsovereenkomst moet opzeggen of moet aanzeggen. Ook wanneer u aan uw verplichtingen omtrent de beëindiging heeft voldaan, kan sprake zijn van een stilzwijgende verlenging van de arbeidsovereenkomst. Een rechter zal aan de hand van uw gedragingen beoordelen of uw (ex-)werknemer in redelijkheid mocht aannemen dat de arbeidsovereenkomst stilzwijgend verlengd wordt. U doet er verstandig aan de werknemer na de aanzegging te begeleiden bij de transitie naar ander werk, geen mededelingen te doen waaruit de werknemer zou kunnen afleiden dat toch wordt voortgezet en de werknemer na het einde van de arbeidsovereenkomst onder geen beding meer toe te laten tot de werkvloer. Zo kan geen misverstand bestaan over uw intenties ten aanzien van de voortzetting van het dienstverband.
Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Neem gerust contact met ons op en laat u persoonlijk informeren over onze diensten.