Gelijkheidsbeginsel doorbreekt horecabeleid

Het gelijkheidsbeginsel is een van de meest tot de verbeelding sprekende juridische uitgangspunten. Een beroep op het gelijkheidsbeginsel slaagt echter maar zelden, nu sprake dient te zijn van gelijke gevallen. Een vergelijkbaar geval is dus niet genoeg. Een beroep op het gelijkheidsbeginsel wordt vaak gedaan in geval van handhavend optreden (waarom mag ik geen fruit verkopen aan de weg en mogen anderen dat wel (AbRS 6 maart 2019, ECLI:NL:RVS:2019:694)) maar kan ook bij vergunningverlening aan de orde zijn (waarom krijg ik geen vergunning en hij wel?). In een uitspraak van de Raad van State van 1 mei 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:1418) is in een dergelijk geval een beroep op het gelijkheidsbeginsel gehonoreerd, ook al zou dat strijd met vigerend beleid opleveren. Wat was er aan de hand?

Datum:  10 mei 2019

Geschreven door:  Juuk Hulshof

Leestijd:  +/- 2 minuten

Het gelijkheidsbeginsel is een van de meest tot de verbeelding sprekende juridische uitgangspunten. Een beroep op het gelijkheidsbeginsel slaagt echter maar zelden, nu sprake dient te zijn van gelijke gevallen. Een vergelijkbaar geval is dus niet genoeg. Een beroep op het gelijkheidsbeginsel wordt vaak gedaan in geval van handhavend optreden (waarom mag ik geen fruit verkopen aan de weg en mogen anderen dat wel (AbRS 6 maart 2019, ECLI:NL:RVS:2019:694)) maar kan ook bij vergunningverlening aan de orde zijn (waarom krijg ik geen vergunning en hij wel?). In een uitspraak van de Raad van State van 1 mei 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:1418) is in een dergelijk geval een beroep op het gelijkheidsbeginsel gehonoreerd, ook al zou dat strijd met vigerend beleid opleveren. Wat was er aan de hand?

Nieuwe horeca aan de Jan Pieter Heijestraat

Kess Corporation NV (Kess) heeft het voornemen een pand aan de Jan Pieter Heijestraat in Amsterdam te gebruiken voor horeca. Het bestemmingsplan ‘Oud-West’ bepaalt echter dat een gebruik voor horeca niet is toegestaan. Om alsnog horeca mogelijk te maken moet dus van het bestemmingsplan worden afgeweken. Omdat het gaat om het gebruik van een bestaand gebouw is sprake van een zogenaamd ‘kruimelgeval’ (art. 4 onderdeel 9 Bijlage II Bor), zodat daarvoor relatief eenvoudig omgevingsvergunning kan worden verleend.

Bij de beoordeling van de aanvraag betrekt het college ook de Horecanota stadsdeel West 2011. Die heeft als uitgangspunt dat maximaal twee horecabestemmingen per bouwblok worden toegestaan. Omdat twee andere panden in dit bouwblok aan de Jan pieter Heijestraat al een horecabestemming hebben en honorering van de aanvraag van Kess zou betekenen dat daaraan een derde wordt toegevoegd, is deze afgewezen. Kess voert echter aan dat alleen al aan de Jan Pieter Heijestraat sprake is van zes bouwblokken met elk drie of zelfs meer panden met een horecabestemming. Door hier niet ook een derde horecagelegenheid toe te staan, handelt het college in strijd met het gelijkheidsbeginsel, aldus Kess.

Beoordeling rechtbank onvolledig

De rechtbank heeft het beroep op het gelijkheidsbeginsel afgewezen, omdat in één van de door kess aangedragen voorbeelden sprake zou zijn van ondersteunende horeca - geen gelijk geval dus. Aan de andere door Kess genoemde gevallen is de rechtbank voorbij gegaan. Zodoende gaat de Afdeling daar alsnog op in.

Ongelijk behandeld in gelijke gevallen

Hoewel het college aanvoert dat enkele van de door Kess genoemde horecabestemmingen niet gelijk zijn, bijvoorbeeld om dat in een bepaald geval sprake is van de bestemming ‘horeca-eten’, zijn er zodanig veel andere horecagelegenheden dat nog steeds sprake is van meerdere bouwblokken met drie of meer horecagelegenheden. De Afdeling heeft het college daarom uitdrukkelijk in de gelegenheid gesteld in te gaan op de door Kess gestelde strijd met het gelijkheidsbeginsel, maar van die gelegenheid heeft het college geen gebruik gemaakt. Ook is het college niet ter zitting verschenen. Zodoende oordeelt de Afdeling dat het college onvoldoende heeft gemotiveerd waarom Kess geen omgevingsvergunning is verleend voor een derde horecagelegenheid, ook al zou dat in strijd zijn met de Horecanota.

Conclusie: gelijkheidsbeginsel geen wassen neus en kan beleid doorbreken

Deze uitspraak illustreert ten eerste dat een beroep op het gelijkheidsbeginsel ook vandaag de dag nog kans van slagen kan hebben. Er zal echter wel goed moeten worden onderbouwd dat daadwerkelijk sprake is van gelijke gevallen, waarbij het natuurlijk helpt dat een college weinig moeite doet dit te weerspreken. Ten tweede laat de uitspraak zien dat het gelijkheidsbeginsel ertoe kan nopen af te wijken van vigerend beleid.

Overigens is het nog de vraag of dat in dit geval zal gebeuren. Het betreft een tussenuitspraak en het college is – ondanks daartoe ook al eerder in de gelegenheid te zijn gesteld - opgedragen te motiveren waarom toch geen sprake zou zijn met het gelijkheidsbeginsel dan wel een nieuw besluit te nemen. Wat mij betreft had de Afdeling die knoop al definitief mogen doorhakken, zodat de strijd met het gelijkheidsbeginsel bij de nieuwe besluitvorming moet worden aangenomen.

Quickscan bestemmingsplan

Wilt u zelf duidelijkheid of uw bouwplan past binnen het bestemmingsplan? Voor een vaste prijs onderzoeken onze specialisten de mogelijkheden. Klik hier voor meer informatie over onze Quickscan bestemmingsplan.


Blijf scherp

Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Neem gerust contact met ons op en laat u persoonlijk informeren over onze diensten.