Op verzoek van een (minderheids)aandeelhouder, een bestuurder of commissaris en in geval van Centric Holding B.V. (Centric) het Openbaar Ministerie (OM) kan de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam (OK) ingrijpen in een onderneming. Zij beschikt daarbij over vergaande bevoegdheden. Indien de OK oordeelt dat sprake is van gegronde redenen om te twijfelen aan een juist beleid en juiste gang van zaken kan zij onder andere tijdelijk: een bestuurder/commissaris schorsen, een bestuurder/commissaris benoemen of de aandelen van aandeelhouders overdragen aan een beheerder. Centric laat zien dat onder bijzondere omstandigheden een aandeelhouder zelfs zijn laatste aandeel kan verliezen aan een beheerder.
Datum: 30 januari 2023
Gewijzigd 16 juli 2024
Geschreven door: Layla Verhagen en Tom Teggelaar
Leestijd: +/- 2 minuten
Op 3 november 2022 deed de OK al eerder uitspraak in de zaak Centric. In haar beschikking van 10 november 2022 heeft de OK voorshands geoordeeld dat gegronde redenen bestaan voor twijfel aan een juist beleid en een juiste gang van zaken van Centric en heeft de OK de volgende onmiddellijke voorzieningen getroffen: (i) de heer Sanderink is geschorst als bestuurder van Centric, (ii) mr. Wakkie is benoemd tot uitvoerend bestuurder van Centric waarbij is bepaald dat hij zelfstandig bevoegd is Centric te vertegenwoordigen, (iii) de heer Meijer is benoemd tot niet-uitvoerend bestuurder van Centric, tevens voorzitter van het bestuur met beslissende stem, (iv) de door de heer Sanderink gehouden aandelen in Centric, met uitzondering van één aandeel, zijn ten titel van beheer overgedragen een mr. Evers (hierna: de beheerder), en (v) het besluit van Centric van 2 november 2022 tot schorsing van de heer Mous als niet-uitvoerend bestuurder van Centric is geschorst. Op 19 januari 2023 heeft de tweede mondelinge behandeling plaatsgevonden inzake Centric. Tijdens deze mondelinge behandeling hebben het OM en Centric de OK verzocht om een onderzoek in te stellen naar het beleid en de gang van zaken bij Centric. Daarnaast heeft zij één aanvullende onmiddellijke voorziening verzocht, namelijk: overdracht van alle aandelen aan de beheerder. Zie voor een uitgebreide uiteenzetting van de zittingen mijn eerdere blogs: blog (1) en blog (2). Op 27 januari 2023 heeft de OK uitspraak gedaan omtrent het al dan niet: (i) gelasten van een onderzoek en (ii) het overdragen van het laatste aandeel gehouden door de heer Sanderink aan de beheerder
Uit de gang van zaken rondom Centric in de afgelopen jaren blijkt dat het bestuur van Centric niet in staat is geweest om voldoende zelfstandig en onafhankelijk te opereren en dat daarbij het belang van Centric en de door haar gedreven onderneming onvoldoende gescheiden wordt gehouden van de privébelangen van de heer Sanderink, aldus de OK. Dit blijkt volgens de OK onder andere uit het feit dat zich bij Centric in de loop van 2019 een groot aantal bestuurswisselingen heeft voorgedaan. Daarbij bestaat de indruk dat de heer Sanderink geen tegenspraak of kritiek duldt en dat hem onwelgevallige leden van het bestuur telkens het veld moeten ruimen.
De heer Sanderink is niet voldoende in staat om het belang van Centric gescheiden te houden van zijn privébelangen en van zijn conflict met mevrouw Van Egten. Dit oordeel wordt gesterkt door hetgeen door de heer Sanderink ter zitting van 19 januari 2023 naar voren is gebracht. De heer Sanderink heeft op geen enkel moment blijk gegeven zich bewust te zijn van de bestaande aanzienlijke problemen van Centric of gereflecteerd op zijn eigen aandeel daarin, en wat nu in het belang van Centric zou zijn, aldus (nog steeds) de OK.
Op 3 november 2022 was de stand van zaken dat het bestuur van Centric Holding uitsluitend nog bestond uit de heer Sanderink. De accountant RSM had zich teruggetrokken en verzekeraar Zurich had de cyber security polis opgezegd. Onder meer ASML en DNB hadden het contract met Centric niet verlengd of opgezegd. Belangrijke klanten waaronder Arbo Unie, PGGM en Bank Nederlandse Gemeenten overwogen de relatie met Centric te beëindigen. Er was grote onrust onder het personeel van Centric dat dreigde te vertrekken. Een deel van het personeel was al vertrokken. De werving van nieuw personeel stokte. Centric kampte hierdoor met hoge kosten voor de noodzakelijke inhuur van mensen om vertrekkend personeel op te vangen. De Nederlandse activiteiten van Centric waren als gevolg daarvan inmiddels verlieslatend. Dit alles vormde volgens de OK een directe en acute bedreiging voor de continuïteit van Centric en de met haar verbonden onderneming.
Volgens de OK volgt uit het voorgaande dat er gegronde redenen zijn om te twijfelen aan een juist beleid en juiste gang van zaken van Centric in de periode tot 3 november 2022, die een onderzoek rechtvaardigen. De OK heeft dan ook overeenkomstig de verzoeken van de advocaat-generaal en Centric een onderzoek gelast naar het beleid en de gang van zaken van Centric Holding, Centric Netherlands Holding en Centric Netherlands en wel vanaf 1 januari 2018 tot 3 november 2022.
De Ondernemingskamer zal de onderzoeker vragen om binnen zes weken een plan van aanpak en een begroting van de kosten van het onderzoek te maken en deze aan de Ondernemingskamer toe te sturen.
De Ondernemingskamer heeft bij mondelinge uitspraak van 3 november 2022 en bij beschikking van 10 november 2022 de heer Sanderink geschorst als niet uitvoerende bestuurder van Centric, Wakkie en Meijer benoemd tot uitvoerende respectievelijk niet uitvoerende bestuurder van Centric en de (indirect) door de heer Sanderink gehouden aandelen in Centric, met uitzondering van één aandeel overgedragen aan Evers als beheerder van aandelen.
De beheerder heeft na 10 november 2022 bij herhaling geprobeerd met de heer Sanderink in contact te komen. Dat is niet gelukt. Brieven, oproepen en voicemail-berichten werden niet beantwoord. Ook door tussenkomst van diens advocaat is de heer Sanderink onbereikbaar gebleken. De beheerder heeft de heer Sanderink gevraagd of hij kon instemmen met besluitvorming buiten vergadering ter zake van de benoeming van een nieuwe niet uitvoerende bestuurder en de (her)benoeming van RSM als accountant. Ook daarop is niet gereageerd. Desgevraagd heeft de heer Sanderink ter zitting gezegd dat hij rust wilde en op dat moment geen behoefte had aan contact met de beheerder.
Centric heeft tegen deze achtergrond aan haar verzoek om ook het laatste (indirect) door de heer Sanderink gehouden aandeel ten titel van beheer over te dragen aan de beheerder ten grondslag gelegd dat besluitvorming buiten vergadering op dit moment niet goed mogelijk is en dat dit leidt tot onnodige vertraging in de besluitvorming in de algemene vergadering van Centric Holding. Daarnaast heeft Centric aangevoerd dat de aanwezigheid van de heer Sanderink in de algemene vergadering een aanzienlijke belemmering vormt voor het herstel van de gezonde verhoudingen binnen de vennootschap en de relaties met haar klanten en zakelijk dienstverleners. De nog te benoemen uitvoerende en niet uitvoerende bestuurders en de accountant zijn terughoudend omdat zij zich in de algemene vergadering niet geconfronteerd willen zien met de heer Sanderink en diens conflict met mevrouw Van Egten. Klanten stellen als voorwaarde voor herstel van de relatie dat duidelijk is dat de heer Sanderink op geen enkele wijze meer bij Centric betrokken zal zijn. De wijze waarop de heer Sanderink zich blijft richten op het geschil met mevrouw Van Egten en door hem vermoede samenspanning jegens mevrouw Van Rijbroek en hemzelf zorgt voor blijvende onrust binnen de onderneming die alleen kan worden weggenomen als duidelijk wordt dat de heer Sanderink op geen enkele wijze meer formeel bij de organisatie van Centric is betrokken. Centric moet de blik nu op de toekomst richten, aldus Centric.
De Ondernemingskamer heeft bij mondelinge beschikking van 3 november 2022 besloten dat één van de (indirect) door de heer Sanderink gehouden aandelen in Centric niet werd overgedragen aan de beheerder. Die uitzondering voor één aandeel is gemaakt om de heer Sanderink in de gelegenheid te stellen de algemene vergadering bij te wonen en langs die weg op de hoogte blijven van het reilen en zeilen van de vennootschap en de met haar verbonden onderneming en om eventuele vragen aan het bestuur te kunnen stellen. Voor de besluitvorming in de algemene vergadering maakt het uiteindelijk geen verschil; alle besluiten kunnen in de algemene vergadering van Centric worden genomen zonder dat daarvoor unanimiteit is vereist, aldus de OK.
Ter zitting van 19 januari 2023 heeft de beheerder desgevraagd toegezegd dat hij de heer Sanderink steeds op de hoogte zal houden van de voorgenomen besluitvorming in de algemene vergadering en deze desgewenst vooraf met hem zal bespreken. Het bestuur van Centric heeft zich bereid verklaard eventuele vragen van de heer Sanderink binnen redelijke grenzen ruimhartig te zullen beantwoorden. Het materieel belang van de heer Sandrink bij het behoud van één aandeel in Centric Holding is daarmee komen te vervallen, aldus de OK.
De OK onderschrijft bovendien het belang van Centric om, indien nodig, ook buiten vergadering voortvarend tot besluitvorming in de algemene vergadering te kunnen komen. Daarbij komt het belang van Centric en degenen die bij haar organisatie zijn betrokken om de blik nu op de toekomst te kunnen richten en in de algemene vergadering niet meer geconfronteerd te hoeven worden met het conflict tussen de heer Sanderink en mevrouw Van Egten en de volgens de heer Sandrink daaraan ten grondslag liggende samenspanning jegens mevrouw Van Rijbroek en hemzelf. Bij die stand van zaken is het met het oog op de toestand van Centric noodzakelijk dat bij wijze van onmiddellijke voorziening, vooralsnog voor de duur van de procedure, ook het laatste (indirect) door de heer Sanderink gehouden aandeel ten titel van beheer wordt overgedragen aan de beheerder.
Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Wilt u nou meer weten over een enquêteprocedure of andere vennootschapsrechtelijke procedures? Neem dan contact op met onze specialisten.